Faust, Goethe vers

Erna Landweer-Benter (1904, Silezië – 1995, Amsterdam) volgde een opleiding aan de kunstnijverheidsschool van Breslau en kwam in deze tijd in aanraking met Rudolf Steiner, wiens persoon en kunstzinnige ideeën sterk van invloed zijn geweest op haar leven en werk. Jarenlang gaf zij schilderles aan Vrije Scholen en pedagogische en heilpedagogische instituten en van 1965-1975 was zij verbonden aan het Nederlands Pedagogisch Instituut en de Vrije Hogeschool te Zeist/Driebergen, beide ontwikkeld door prof. B.C.J. Lievegoed. Mede door deze activiteiten was zij bedreven in veel technieken, zoals schilderen, aquarelleren en pasteltekenen, en maakte zij glasmozaïeken en transparanten. Verder heeft zij de oude techniek van de encaustiek (warm waskrijt) tot een prachtig uitdrukkingsmiddel ontwikkeld. Recensent Robert van de Vijver, aangehaald in de catalogus van de overzichtstentoonstelling ‘Erna Landweer 75 jaar’ in de Vrije Hogeschool te Driebergen, schreef o.a. het volgende: Ondanks de rijke kleurschakeringen en combinaties is het werk nergens onrustig. Sommige prenten doen sterk denken aan het werk van Chagall, andere aan Van Gogh, al is de manier van opbrengen van de verf sterk verschillend.’ Haar inspiratie ontleende zij aan de natuur, de noorse mythologie en de christelijke traditie. Bekend zijn haar serie van 20 werken over ‘Het Droomlied van Olav Asteson’ en ‘Väinämoïnen’, de legendarische oude zanger uit het Finse Kalevala-epos.

Het indringende beeld ‘Faust’ is uitgevoerd in de encaustiek-techniek en refereert aan Goethe’s werk, vers 11381-11505, wanneer Faust om middernacht de vier vale vrouwen Ontbering, Schuld, Zorg en Nood ontmoet. Het werk is gesigneerd en verworven direct van de kunstenares. Omdat het papier is behandeld met warme was bobbelt het enigszins.